- 1 Ongerichte woede en gerichte woede.
- 2 Hoe kom je woede tegen in je vrijwilligerswerk en hoe hanteer je deze emotie in je praktijk?
Ongerichte woede
Ongerichte woede is een emotie waarvan je in eerste instantie niet weet waar deze vandaan komt of wat het betekent. Vaak gebeurt dat achteraf, soms met een gevoel van spijt. Bij een nader zelfonderzoek kan je dan wellicht ontdekken wat er schuilt achter je woede. Het kan gaan over grenzen die bij jou zijn overschreden of verdriet over wat je moet loslaten wat je dierbaar is, teleurstelling over wat je hoopte en niet uitkwam, of waar je op rekende en wat zich niet voordeed.
Hoe dan ook: of je je woede nu onderdrukt of afreageert, in beide gevallen onttrek je je aan een echte verbinding met je emotie. En dus kun je ook niet doordringen tot de betekenis van je woede. Zo blijf je ‘uit contact’ en kan je ook niet openstaan voor de gevoelens van een ander.
Wanneer je niet met de betekenis van je woede werkt, kan deze emotie lang voortwoekeren en schade aanrichten aan jezelf en de ander. Anders gezegd: je denkt en handelt dan nog steeds in het ‘vormveld’ van je woede.
Gerichte woede
Bij gerichte woede lijkt de betekenis directer zichtbaar. Iemand zit je dwars, is onrechtvaardig, kwetsend, beschadigt je. Je woede of wraak kan zich dan richten op degene die jou dit aandoet. Tóch kan het hier minder duidelijk zijn dan het lijkt. Misschien hecht jouw woede zich wel aan de verkeerde persoon of duidt de felheid van je woede op iets wat dieper of ouder is. Je bent hoe dan ook ‘blind’ voor de ander.
De verborgen wijsheid van woede
Vanuit een bepaalde optiek zou je woede kunnen zien als ‘verkramt verlangen’. Woede kan zo een wegwijzer zijn naar jouw verlangen naar troost, aandacht, verbinding, acceptatie, erkenning, waardigheid, mededogen, veiligheid, nabijheid, liefde, respect en eerlijkheid. Dat zijn fundamentele behoeften en waarden. Woede kan zo het kompas zijn dat de richting aanduidt naar praktische wijsheid.
Omgaan met je woede: zoeken naar het ‘juiste midden’
In de lessen ‘De deugden al gids’ en ‘Aristoteles en de zoektocht naar het juiste midden’ oefenen we in het hanteren van emoties aan de hand van de vraag: ‘wat is het juiste midden tussen te veel en te weinig’. (zie elders op de website)
Voor woede zou dan gelden: ‘Wat is het juiste midden tussen twee uitersten: je woede ongeremd uitleven en je gevoelens verbergen?
Woede communiceren
Een bekende methode om je gevoelens verstandig én gevoelsmatig te communiceren is het hanteren van de feedbackregels ‘vier G’s’:
- Gedrag (je observatie van het gedrag van de ander)
- Gevoel (het gevoel dat dit gedrag bij jou oproept)
- Gevolg (het effect dat dit gedrag volgens heeft op de omgeving)
- Gewenst gedrag (het gedrag dat je liever zou zien bij de ander)
Ofwel;
Ik zie, hoor je dit doen
Het raakt me, ik krijg daarbij het gevoel…
Ik vind er iets van, ik heb er een mening over
Ik zou willen dat je . …
Enkele bijdragen van de deelnemers aan dit gesprek
‘Ik was getuige van racisme bij een organisatie die voedsel verstrekte, dit maakte me razend, maar ik heb er verder niets mee gedaan.’
‘soms kan ik onbestemd mopperig en kwaad zijn’
‘ik kan me echt heel kwaad maken over onrechtvaardigheid’ Ik heb moeite om de woede daarover los te laten. Het blijft lang na-ijlen.
‘Ik had laatst een confrontatie met twee jonge mannen die zich naar mijn mening onbeschoft gedroegen. Ik heb wel enige ervaringskennis opgebouwd wat betreft het omgaan met dergelijk gedrag. Mijn gezichtsuitdrukking is dan meestal effectief. Meestal gaat dat beheerst, maar soms ‘gaat de fluitketel af ‘
‘Soms droom ik over taferelen waarin woede heerst. In mij dromen kan ik deze emoties echter gemakkelijker loslaten dan als ik wakker ben.’
‘Ik heb af en toe nog onbestemde woede-aanvallen’
‘Ik maakte mee dat een bos bloemen die voor mij’ was bestemd ongevraagd aan iemand anders werd gegeven. Pas later realiseerde ik me hoe vreemd dit was en dat ik me kwaad maakte. Ik heb er verder niets mee gedaan.’
‘Ik kan me kwaad maken over het ópplakken van etiketten bij mensen.
‘Ik maakte op mijn stageplek mee dat leerlingen bij de lunch slechts een blikje mais werd aangeboden. Ik was hier zeer verbaasd en kwaad over’